‘Misschien kun je dit wel mijn roeping noemen’
-
Verhalen
Vanwege ernstige angsten kwam Rogier van der Sluis op zijn 22e in aanraking met de ggz. Jarenlang worstelde hij met alledaagse dingen en wist hij niet goed wat hij met het leven aan moest. Inmiddels is hij zelf werkzaam als psychiatrisch verpleegkundige én als ervaringswerker op de Kliniek Intensieve Zorg (KIZ) in Oegstgeest. ‘Ik merk dat ik hier op mijn plek ben.’
‘Jarenlang worstelde ik met de meest vreselijke gedachten en angsten. Regelmatig durfde ik niet naar buiten. Ik merkte dat er maar weinig mensen waren die mijn gevoelens aan wilden horen.’ Aan het woord is Rogier van der Sluis (39). Op zijn 22e belandde hij voor het eerst – als cliënt – bij GGZ Rivierduinen. ‘Maar misschien wilde ik toen nog niet echt geholpen worden’, vertelt Rogier. ‘Want ik dacht: als ik echt eerlijk ben, komt daar gelazer van… De medewerkers waren heel erg aardig voor me, maar ik had het idee dat ze me niet echt konden helpen.’
Aanbod voor werkplek
Ondanks zijn psychische problemen rondde Rogier de kunst academie af en werkte jaren als zelfstandig fotograaf. ‘Op de Kunstacademie werden mijn angsten “creativiteit” genoemd, haha. Maar ik liep in die jaren helemaal vast. Ik durfde nauwelijks onder de douche of naar het toilet. Op een dag durfde ik weer eens niet naar buiten – dat gebeurde me in die tijd regelmatig. Toen dacht ik: als er één plek is waar mensen me wel aan willen horen, is het de ggz. Misschien moet ik daar gaan werken. Ik stuurde een soort van sollicitatiebrief naar GGZ Rivierduinen en kon al snel op gesprek komen. Daar werd me eigenlijk direct een werkplek en een opleiding tot psychiatrisch verpleegkundige én ervaringswerker aangeboden.’
Best kritisch
Rogier volgde het eerste halfjaar van zijn opleiding tot ver pleegkundige fulltime en deed daarna drieënhalf jaar de combinatie werken en leren. Tegelijkertijd volgde hij een opleiding tot ervaringswerker. ‘En toen ik als leerling op de KIZ in Oegstgeest belandde voelde dat direct als een warm bad’, vertelt Rogier. ‘De bejegening van mijn collega’s vond ik direct heel prettig. Ik heb nou eenmaal een gebruiksaanwijzing en ik ben altijd best kritisch, ook op mijn werk. En toen ik net begon, had ik regelmatig een andere zienswijze op de aanpak van cliënten. Maar het fijne was dat mijn collega’s daar eigenlijk altijd voor open stonden.’
Autisme
In de tussentijd had Rogier voor zichzelf de hulp ingeroepen van een vrijgevestigde psychiater. ‘En die kwam tot de conclusie dat ik autisme heb en dat mijn angsten daar waarschijnlijk vandaan komen. Het is nooit officieel onderzocht, maar ik weet nu in ieder geval dat ik angsten krijg als ik hoog in mijn stress zit. Door op tijd een stapje terug te doen, kan ik dat voorkomen. Rust, structuur en mijn medicatie bieden mij houvast. Heel soms nog wordt het me te veel, dan moet ik weer even een stap terugdoen.’
Onbevooroordeeld luisteren
Rogier vindt het lastig om zomaar over koetjes en kalfjes te praten. ‘Maar diepgaande gesprekken voeren kan ik goed’, zegt hij. ‘En dat helpt in dit werk. Als cliënten met zware gedachten of zelfs suïcidale gedachten rondlopen, dan snap ik wat ze voelen. Ik ken die wereld. Er is viereneenhalve dag per week een ervaringswerker op de KIZ. Ik neem twee dagen voor mijn rekening, mijn collega Ineke de andere tweeëneenhalve dag. Het belangrijkste wat ik geleerd heb op de opleiding tot ervaringswerker, is om mijn eigen ervaring in te zetten wanneer dat helpend is voor de cliënt. Maar ik luister vooral onbevooroordeeld. Wanneer het niet nodig is, belast ik anderen niet met mijn eigen sores; daar loop ik niet mee te koop. Toch hoor ik van cliënten terug dat mijn reacties waar devol kunnen zijn’.
Dubbelrol
Naast zijn werk als ervaringswerker, werkt Rogier twee dagen in de week als psychiatrisch verpleegkundige. ‘Het mooiste aan mijn werk vind ik dat ik vanwege mijn dubbelrol mijn collega’s kan steunen, maar ook kan wijzen op het cliëntperspectief. Ik ken beide kanten en daardoor accepteren ze mijn mening denk ik meer dan wanneer ik enkel verpleegkundige zou zijn. In mijn dubbelrol begrijp ik ook hun situatie. Dus ja, misschien kan ik dit werk wel mijn roeping noemen. Ik ben er eigenlijk gewoon ingerold maar ik merk dat ik hier op mijn plek ben.’

Een artikel vanuit het Jaarverslag 2024.